Er bestaan een groot aantal legenden met betrekking tot de oude boksers, maar de bekendste van allen is zonder twijfel de legende Nai Khanom Dtom.
Thailand werd na een bloedige oorlog in 1767 door Burma als vasal staat ingelijfd. Nai Khanom Dtom werd als Een van de dertigduizend gevangenen afgevoerd naar Burma, waar hij zeven jaar in krijgsgevangenschap doorbracht.
Op 17 maart 1774 werd door de Burmeese koning een feest georganiseerd. Tijdens dit zeven dagen durende feest werden ondermeer Muay Thai wedstrijden georganiseerd.
Ook Nai Khanom Dtom vocht op deze dagen en versloeg tien Burmeese vechters, allen in aanwezigheid van de Burmeese koning.
Deze was dusdanig onder de indruk van de vechtkunst van de Thai dat hij hem zijn vrijheid schonk. Er bestaan een groot aantal varianten op deze legende en hoewel de precieze gegevens niet bekend zijn is het wel waarschijnlijk dat deze vechter daadwerkelijk heeft bestaan.
Dat er niet veel gegevens voor handen zijn met betrekking tot deze en andere feiten van de Thaise geschiedenis is gevolg van het feit dat door plunderingen en brandstichting van het Burmeese leger alle schatten, religieuze relikwieen en kunstwerken, zowel als de koninklijke archieven werden vernietigd.
De geschreven geschiedenis van Thailand, zoals nu bekend, is voor het merendeel afkomstig uit de provinciale archieven en voor een gedeelte van geschriften van bezoekers uit Europa en China.
Uit deze gegevens moeten wij ook putten willen we enig inzicht krijgen in het “oude” Muay-Thai. Het behoeft om deze reden dan ook geen verwondering dat er vele al of niet tegenstrijdige verklaringen over het ontstaan van het Muay Thai in omloop zijn. Uit diverse publikatie’s blijkt dat reeds in de middeleeuwen, onder het bewind van koning Narechen de Grote (1590-1605) het Muay Thai een onderdeel vormde van de militaire opleiding.
De koning zelf stond bekend als een expert op het gebied van de individuele vechttechnieken. Volgens de overlevering bereikte het Muay Thai haar hoogste populariteit echter gedurende het bewind van Pra Chao Sua (1703-1709).
Het Muay Thai werd gedurende zijn regeer periode een favoriet tijd verdrijf en er werden vele wedstrijden georganiseerd die door jong en oud werden bezocht. Ook Pra Chao Sua was een vurig beoefenaar van het Muay Thai en wist vele wedstrijden, meestal incognito, in zijn voordeel te beslissen. In deze tijden was het gebruikelijk de handen met stroken paardehuid te omwikkelen, teneinde de eigen huid te beschermen en de tegenstander zoveel mogelijk schade toe te brengen.
Deze stroken paardehuid werden later vervangen door henneptouw of stroken katoen die gedrenkt werden in een lijm oplossing, voordat zij om de handen werden gezwachteld. Ook werden er glassplinters aan de lijm toegevoegd. De vechters droegen een kruisbeschermer van boombast of een zeeschelp, die door middel van een stuk textiel op hun plaats werden gehouden.
In de vroege tijden werden niet, zoals tegenwoordig in ronden van drie minuten gestreden; een gevecht duurde zolang als de vechters het volhielden! In het begin van de 20ste eeuw werd het Muay Thai als onderdeel van de lesroosters op school ingevoerd. In 1921 kwam hier echter een einde aan, nadat er van overheidswege een verbod werd afgekondigd, doordat men de sport te hard en belastend vond voor de jonge school kinderen. Tot de 30er jaren bleef het gebruik van hennep omzwachteling bestaan.
Om streeks deze tijd werden er een aantal regels van het internationale boksen ingevoerd, zoals het gebruik van bokshandschoenen, indeling in gewichtsklassen en het vechten in een moderne boksring. Het moge duidelijk zijn dat dit het Muay Thai een ander aanzicht gaf, mede doordat open hand technieken niet langer toegepast konden worden. Volgens de oude vechters had dit moderne en huidige Muay Thai niets meer met de oorspronkelijke sport te maken.
Commercie zou de boventoon voeren. één en ander wordt door de officials natuurlijk tenstelligste ontkent. Deze verklaren dat de vechters van tegenwoordig ware profs zijn en hun inkomen in de ring verdienen.
De meeste vechters komen uit de provincie naar Bangkok, nadat zij in hun regio hun kunde bewezen hebben. Veelal komen de vechters uit economische lage klassen en vechen zo veel mogelijk met zeker elke maand een gevecht, dit om in hun levensonderhoud te voorzien. De introduktie van bokshandschoenen heeft volgens hen het aantal technieken welliswaar beperkt, maar het heeft ook een aantal voordelen met zicht meegebracht. Door de gewichtsklasse indeling en het opzetten van een rankinglist kreeg de participatie een nieuwe impuls en werd het aantal ernstige blessures aanmerkelijk teruggebracht.
Bij Muay Thai wedstrijden in Thailand laat het wedstrijdreglement zeer veel toe, o.a. elleboog- en knietechnieken naar het hoofd.
Gezien de vele honderden wedstrijden die wekelijks in Thailand gehouden worden, moet het aantal ernstige blessures, ondanks de zeer harde toegestane technieken, als minimaal beschouwd worden. Voor een veilige beoefening van de sport Muay Thai zijn bovengenoemde technieken verboden in Europa. Muay Thai kan zich verheugen in een stijgende populariteit, in vele landen buiten Thailand, met name Nederland, België, Frankrijk, Duitsland, Noorwegen, Zweden en de Verenigde Staten. Diverse Muay Thai organisatie’s en de toeristen organisatie van Thailand hebben veelvuldig publiciteitscampagnes gevoerd, teneinde de sport in andere landen te promoten. Het succes van deze campagnes is aanzienlijk te noemen.
Ook nederland werd in januari 1984 vereerd met een bezoek van de hoogste autoriteit op het gebied van Muay Thai, te weten Mr. Montri Mongkosawat (manager of Rajadamern Stadium) en Mr. Chalermpong Cheosakuk (executive secretary Thailand Boxing Commision). Hier werd de basis gelegd voor de oprichting van de European Muay Thai Association. Later zouden meerdere organisatie’s op het gebied van het Thai- en diens aanverwante tak het Kickboxing opgericht worden. Enkele voorbeelden zijn de Nederlandse Kickboxing Bond en de World Professional Kickboxing League. De hoogste eer die een vechter in Thailand te beurt kan vallen is mee doen in de wedstrijden voor “beste bokser van het jaar“.
Deze titel wordt jaarlijks toegekend door de koning van Thailand. De vechters participeren in wedstrijden van circa hun 16e tot hun 25ste levensjaar. Vele treden dan gedurende een korte tijd toe tot een Boedistisch klooster om na een periode terug te keren naar het trainingskamp om daar als assistent trainer te gaan fungeren; andere ex-vechters openen een eigen kamp of gaan in de zaken.
De band met de vechtsport wordt echter zelden verbroken.
Bron: MUAY THAI Boxing door T.R. Harinck
In Bangkok zijn twee vooraanstaande Muay Thai stadions waar wekelijks de wedstrijden door een uitzinnige menigte worden bijgewoond, te weten het Rajadamern Stadion en Lumpinee Stadion. Ieder stadion kent zijn eigen kampioenen, en af en toe worden er zelfs wedstrijden tussen kampioenen van de beide stadions georganiseerd. Door de jaren heen zijn er enkele Nederlandse vechters geweest die zeer succesvol in Thailand hebben gestreden, de bekendste in Bangkok is zonder twijfel Ramon Dekker, maar ook mensen als Rob Kaman, Peter Smit, Leo de Snoo en Rick van de Vathorst streden regelmatig in de Thaise stadions.